Op 15 april 1933 werden 2 infanterieregimenten gevormd om de Région Fortifiée van Metzte verdedigen. Ze bestonden elk uit 6 bataljons.
Op de linkerafbeelding is te zien dat in 1933 het westelijke gedeelte van de Région Fortifiée Metz een regiment infanterie (RI) met 6 batalajons heeft. In 1936 werd dit regiment opgesplitst in het 168e RIF (Moselle) en het 149e RIF (Crusnes).
We spreken dan van een Regiment Infanterie de Forteresse of wel Vestinginfanterie.
Bij de mobilisatie in september 1939 werden de bataljons aangevuld met reservisten tot de sterkte van een regiment. Elk regiment vormde dan de bezetting van een deel van de sector, in dit voorbeeld de sectoren Thionville en la Crusnes. De troepen werden opgesteld in het veld (loopgraven) en ze bemanden de kazematten en blockhaus.
De rechterafbeeldingen laat zien dat een deel van een RIF de infanteristen voor de bemanning van de ouvrages in de toegewezen sector leverde. Voor de sector Crusnes zijn dit 7 ouvrages en voor de sector Thionville 11 ouvrages.
Op papier was het ontwerpen van een verdedigingslinie best ingewikkeld, maar wel uitvoerbaar. In de praktijk liepen de plannenmakers echter tegen allerlei problemen op.
Een van de grootste waren de bezuinigingen die vanaf 1931/32 optraden. Door de toenemende bouwkosten (o.a. prijsverhogingen bouwmaterialen en lonen) moesten in veel plannen grote wijzingen aangebracht worden. Ouvrages werden geschrapt of maar gedeeltelijk gebouwd en het aantal kazematen werd gereduceerd.
Veel zou nog in een tweede bouwfase vanaf 1940 gebouwd worden, maar het uitbreken van de oorlog zette alles stop.
Vanaf 1936 werden de troepen in een sector aan het werk gezet om blockhaus te bouwen, loopgraven aan te leggen en andere infrastructuur. Dit was goedkoper dan civiele bouwfirma's in te zetten, die weer te kampen hadden met personeelsgebrek. Tussen 1936 en 1940 werd veel gebouwd, maar soms van een dubieuze kwaliteit en lang niet allemaal af. Vaak ontbraken pantseronderdelen en ventilatie, waardoor de verdedigingscapaciteit te wensen overliet.
Voor elke sector is geprobeerd een korte beschrijving te geven. Daarnaast is een overzicht van de gebouwde ouvrages, kazematen, observatieposten en abri's die door de CORF zijn ontworpen. Indien van belang zijn voor een aantal sectoren de artillerie-kazematten, ontworpen door de STG, opgenomen.
De kaart geeft een schematisch beeld van de opbouw van de Maginotlinie in sectoren. Kazematten zijn niet volledig ingetekend.