|
|||
zoekmachine door freefind |
opdracht | De hoofdtaak van dit blok bestaat uit de observatie voor Fermont zelf, maar ook ten behoeve van de overige werken en veldtroepen in de ondersector Arrancy. Daarnaast heeft het tot taak om het mitrailleurvuur voor de nabijheidverdediging tussen de blokken 2 en 6 te ondersteunen. |
bewapening | 1 vaste waarnemingskoepel met een periscoop voor afstandmeting en sleuven voor kijkers 1 vaste waarnemingskoepel type GFM voor hulpobservatie 2 vaste mitrailleurkoepels met een dubbele 7,5 mm mitrailleur type Reibel MAC 31 |
waarneming | richting blok 5 |
mitrailleurvuur | frontaal en richting Kazemat Puxieux |
licht mitrailleurvuur | prikkeldraadversperring richting blok 6 |
mortiervuur(50 mm) | richting blok 1 |
bouwkosten(1931) | FRF 2.840.000 |
bemanning |
Commandopost Fermont: 2 officieren, 1 onder-offcier en 6 man Commandopost Artillerie: 3 officieren, 3 onder-officieren en 15 man Commandopost Infanterie: 2 officieren, 1 onder-officier en 10 man Commandopost Genie: 1 officier en 2 onder-officieren Genie(Verbindingen): 1 officier, 2 onder-officieren en 14 man Infanterie blok 3: 1 officier, 1 onder-officier en 25 man Genie blok 3: 4 man |
Munitievoorraad | ||||
munitiesoort | M1 | M2 | M3 | totaal |
patronen 7,5 mm | 160.000 | 94.000 | 66.000 | 320.000 |
granaten 50 mm | 500 | 300 | 200 | 1.000 |
Het observatieblok van Fermont ligt op het hoogste punt van het werk en is het oog voor de andere blokken.
Het blok heeft een koepel die ingericht is voor het gebruik van verrekijkers en de verschillende periscopen voor
artilleriewaarneming en afstandsmeting.
Verder heeft het een koepel voor hulpobservatie en twee koepels met elk een dubbele mitrailleur.
Onderin het blok bevond zich de commandopost van het werk waar alle waarnemingen van blok 3, maar ook van andere
observatieposten in de omgeving binnenkwamen.
Vanuit de commandopost werden alle operaties geleid. Hier bevonden zich de commandanten van de artillerie en de
infanterie onder leiding van de commandant van het werk.
Via de telefooncentrale kwamen de waarnemingen van de diverse observatieposten binnen. Alle gegevens werden beoordeeld en geordend,
waarna de beslissing genomen werd welk blok moest vuren. De orders werden doorgegeven aan de commandopost van het betreffende
blok.
Met behulp van topografische kaarten werden de coördinaten gevonden, die gecorrigeerd werden voor o.a. de
windsnelheid, windrichting en luchttemperatuur.
De waarnemer gaf de resultaten van de beschietingen door aan de commandoposten, zodat men verdere correcties kon uitvoeren.
De eerste granaten vielen vaak al binnen drie minuten na de eerste melding.