De Maginotlinie

Ontstaan van de Maginotlinie
   Einde van de Eerste Wereldoorlog Einde Eerste Wereldoorlog
   Vredesverdrag van Versailles Verdrag van Versailles
Naar een nieuwe verdediging
   Het probleem van een nieuwe landsverdediging Verdedigen, maar hoe?
De studiecommissies
   De Commissie voor de landsverdediging De CDT
   De Commissie voor de grensverdediging De CDF
   De Commissie voor de inrichting van de versterkte gebieden De CORF
Technische ontwikkeling
   De opbouw van de nieuwe forten Naar het fort "palmé"
Bouw en inrichting
   De wet Maginot André Maginot en zijn wet
   De bouw van de linie van 1929 tot 1933/34 Oude fronten
   De bouw van de linie vanaf 1934 Nieuwe fronten
   De indeling van de linie in sectoren Sectorindeling
De onderdelen
   De onderdelen van de ouvrages Ouvrages
   De intervalkazematten Kazematten
   De bouwwerken van de Technische Dient van de Genie STG
   Kleine opstellingen, gebouwd door de soldaten (1939-1940) MOM
Bewapening
   Algemeen gedeelte over de bewapening Inleiding
   Algemeen gedeelte over de artillerie Artillerie
   Algemeen gedeelte over de infanteriewapens Infanterie
   algemeen gedeelte over de anti-tankkanonnen Anti-tank
Tourelles (hefkoepels)
   Algemeen gedeelte over de tourelles Algemeen
   Tourelles met arilleriebewapening Artillerie
   Tourelles met infanterie bewapening Infanterie
Vaste koepels
   De vaste koepels (inleiding) Algemeen
   De vaste koepels alle modellen) Alle modellen
Infrastructuur (intern)
   Ventilatie in de Maginotlinie Ventilatie
   De stroomvoorziening Stroomverzorging
   Het transport van munitie en materieel in de ouvrages Transport
   Het munitiemagazijn Munitiemagazijn
   De ondergrondse kazerne Kazerne
   De communicatiemiddelen Communicatiemiddelen
Infrastructuur (extern)
   De kazernedorpen Kazernes (Cités
   De De transportmiddelen Wegen en spoorlijnen
De oorlog
   De strijd in mei en juni 1940 De strijd in 1940
   De gevechten in de Maginotlinie in 1944/45 De gevechten in 1944
Na de oorlog
   De periode van de Koude Oorlog Koude oorlog en hergebruik
   De rehabilitatie en de toegang voor het grote publiek Rehabilitatie
   Welke ouvrages, kazematten en abri's zijn bezoekbaar? Wat kun je bezoeken? 
   Actuele zaken Actueel

   Terug naar de homepage Terug naar de homepage


Bijgewerkt:
woensdag 30 januari 2019
Het communiciatienetwerk in de Maginotlinie

In de Maginotlinie waren verschillende manieren van communicatie tussen ouvrages, kazematten, abri's en het veldleger mogelijk. Het belangrijkste middel was de telefoon. Er werd een omvangrijk militair telefoonnet aangelegd, dat ook aangesloten was op het civiele net. Er bestonden in die tijd nauwelijks automatische centrales; alle centrales werden met de hand bediend en alle verbindingen werden handmatig gemaakt. Alle onderdelen van de linie, zoals ouvrages, kazematten, waarnemingsposten, abri's, enz. moesten met elkaar kunnen communiceren. Ook het veldleger kon aanluitingen op het netwerk maken en zo verbonden worden met de omliggende verdedigingswerken. Als er een aanval plaats vond, moest bijv. een kazemat verbinding kunnen maken met een naburig ouvrage om vuursteun aan te vragen. Een waarnemingspost moest de bewegingen van de vijand en de resultaten van de artilleriebeschieting kunnen doorgeven aan de ouvrages in de directie omgeving. Kazematten moesten met elkaar kunnen communiceren om in geval van een aanval elkaar te kunnen steunen.

Telefoonnet (Schematisch) Extern bestond het hoofdnet uit twee parallel lopende kabelverbindingingen; de eerste kabel liep op korte afstand van de hoofdverdedigingslinie en een tweede kabel lag ongeveer 6km achter het front. Op regelmatige afstanden waren deze kabels met elkaar verbonden door middel van een verbindingskamer. In geval van een storing (kabelbreuk) konden de verbindingen worden omgeleid. Vanuit de verbindingskamers liepen de ondergrondse kabels naar een volgende kamer, een ouvrage, kazemat, enz. Het veldleger kon telefoonkabels via een verbindingskamer aansluiten op het permanente net, zodat er met ouvrages en kazematten gecommuniceerd kon worden.
De kabels lagen op een diepte van 2m en op een afstand van 300m van een object op een diepte van 3m. Om de kabels te kunnen volgen, werden markeringsstenen geplaatst die de richting van de kabels aangaven.
In een ouvrage kwamen de kabels op diverse plaatsen via een schacht binnen. Bij een kazemat of abri kwam een enkele kabel ondergronds binnen.
Telefooncentrale in een abri met commandopost Een kazemat had een telefooncentrale met acht lijnen of meer als deze ook een waarnemingsfunctie had. Er stonden telefoons in de schietkamer(s), de GFM cloche en op de onderverdieping.
In een ouvrage was het telefooncircuit veel ingewikkelder. De hoofdcentrale was vooral bestemd voor zowel het interne als het telefoonverkeer naar buiten (naburige ouvrages, kazematten, veldleger en het achterland). De artillerie beschikte over een eigen centrale, zodat vuurleidingsbevelen snel konden worden doorgegeven. De waarnemingsposten hadden vaak directie verbindingen met de inlichtingendienst en de commandopost van de artillerie. Een onderofficier bedient de telefooncentrale (re-enactment) Infanterie en artillerie beschikten over een eigen netwerk binnen een ouvrage, waarin o.a. zgn. conferentievebindingen mogelijk waren. Dit betekende dat één toestel tegelijkertijd met meerdere toestellen kon spreken. Er waren nog meer mogelijkheden, maar een bespreking hiervan valt buiten het onderwerp op deze pagina. De telefooncentrale van ouvrage Galgenberg (zie de foto's) telde 96 lijnen; er konden 28 gesprekken tegelijk plaatsvinden.

Communiceren met lichtsignalen, postduiven, telefoon en radio (TSF) De radio was ook een belangrijk communicatiemiddel. Ouvrages waren uitgerust met één of meer radiozenders en meerdere ontvangers. Ook waarnemingsposten en kazematten met een waarnemingstaak waren uitgerust met een zender/ontvanger. Doordat de vijand mee kon luisteren, moesten de boodschappen eerst gecodeerd worden, daarna verzonden en vervolgens weer ontcijferd. Dit kwam de snelheid van communiceren natuurlijk niet ten goede. Het zendbereik was niet groot; dit had te maken met de kooi van Farady die veroorzaakt werd door de ijzeren bewapening. Het bleef een hulpmiddel voor de korte afstand.


Betekenis lichtkogels (voorbeeld)
1x groen   Ik trek me terug
3x rood     Passeer de hoofdverdedigingslinie
6x rood     Aangevallen door pantservoertuigen
1x rood     Ik word aangevallen
6x groen   Schiet op mij
3x wit       Vraag bevoorrading met munitie
rode rook  Aanvraag steunvuur
gele rook  Gasaanval
Opstelling voor een signaallamp van de optische telegraaf

In de ouvrages in de Alpen werd gebruik gemaakt van de optische telegraaf. Door middel van lichtsignalen in Morse konden boodschappen worden overgebracht. Hiertoe was in een gevechtsblok een opening in de muur aangebracht, die zicht had op een naburig ouvrage.
Uitgestuurde verkenningspatrouilles konden voor hun communicatie gebruik maken van lichtkogels. Het aantal en de kleuren had een afgesproken betekenis. De codering verschilde per sector en eventueel per dag.

vorige pagina (De ondergrondse kazerne) home (terug naar de startpagina) stuur een email Uitleg technische termen volgende pagina (De kazernedorpen of "cités" langs de Maginotlinie)

Deze pagina is voor het laatst gewijzigd op zaterdag 17 februari 2024